BEGINNERS
Wil je graag deelnemen aan wedstrijden met je viervoeter? Dat kan! Er worden wedstrijden gespeeld in drie klassen; beginners, gevorderden en ereklasse. Naargelang de klasse waarin je speelt wordt het niveau steeds hoger.
Wat moet je kunnen in deze klasse?
De beginnersklasse is een programma voor jonge, beginnende honden. De wedstrijd wordt steeds gespeeld met maximaal 6 honden per groep. De wedstrijd wordt opgedeeld in twee onderdelen: oefeningen in groep en individuele oefeningen. Hieronder vind je een overzicht terug van wat jij en je hond voor elk onderdeel moeten kunnen.
OEFENINGEN IN GROEP (max. 6 honden)
1 Voorstelling van je hond ............................................................................................................... 30 punten
- Het gebit wordt getoond,
- Je hond wordt aangeraakt op de rug en zijflanken (zoals bij dierenarts)
2 Blijven liggen ...................................................................................................................................... 30 punten
- Groepsoefening waarbij je hond aangelijnd 1 minuut moet blijven liggen
3 Lawaai en/of beweging ................................................................................................................ 30 punten
- Bij deze oefening moet je hond rustig blijven zitten terwijl er lawaai wordt gemaakt
INDIVIDUELE OEFENINGEN
4 Aangelijnd volgen .............................................................................................................................. 30 punten
- Hier wordt er door de keurmeester een 50m lange wandeling met hindernissen
en tempowisselingen uitgestippeld.
5 Houdingen .............................................................................................................................................. 30 punten
- Hier moet je hond 3 houdingen uitvoeren
6 Apporteren ............................................................................................................................................. 30 punten
- Het apportje van je hond wordt over een hindernis gegooid en je hond moet
deze binnen de aangegeven tijd terugbrengen.
7 Komen op bevel ................................................................................................................................... 30 punten
- Je plaatst je hond op een bepaalde afstand en roept hem daarna op.
Meestal moet hij hier over of door een toestel gaan.
8 Beginnend blokje ................................................................................................................................. 30 punten
- Bij deze oefening gebruik je een eigen houten blokje van maximum 20cm,
- Je plaatst je hond in zithoudin,
- Tijdens je wandeling laat je het blokje vallen,
- Je hond moet vervolgens het blokje gaan zoeken en in voorzit afgeven.
ALGEMENE HOUDING ................................................................................................................................ 40 punten
TOTAAL ............................................................................................................................................................ 280 punten
OEFENINGEN IN GROEP (max. 6 honden)
1 Voorstelling van je hond ............................................................................................................... 30 punten
- Het gebit wordt getoond,
- Je hond wordt aangeraakt op de rug en zijflanken (zoals bij dierenarts)
2 Blijven liggen ...................................................................................................................................... 30 punten
- Groepsoefening waarbij je hond aangelijnd 1 minuut moet blijven liggen
3 Lawaai en/of beweging ................................................................................................................ 30 punten
- Bij deze oefening moet je hond rustig blijven zitten terwijl er lawaai wordt gemaakt
INDIVIDUELE OEFENINGEN
4 Aangelijnd volgen .............................................................................................................................. 30 punten
- Hier wordt er door de keurmeester een 50m lange wandeling met hindernissen
en tempowisselingen uitgestippeld.
5 Houdingen .............................................................................................................................................. 30 punten
- Hier moet je hond 3 houdingen uitvoeren
6 Apporteren ............................................................................................................................................. 30 punten
- Het apportje van je hond wordt over een hindernis gegooid en je hond moet
deze binnen de aangegeven tijd terugbrengen.
7 Komen op bevel ................................................................................................................................... 30 punten
- Je plaatst je hond op een bepaalde afstand en roept hem daarna op.
Meestal moet hij hier over of door een toestel gaan.
8 Beginnend blokje ................................................................................................................................. 30 punten
- Bij deze oefening gebruik je een eigen houten blokje van maximum 20cm,
- Je plaatst je hond in zithoudin,
- Tijdens je wandeling laat je het blokje vallen,
- Je hond moet vervolgens het blokje gaan zoeken en in voorzit afgeven.
ALGEMENE HOUDING ................................................................................................................................ 40 punten
TOTAAL ............................................................................................................................................................ 280 punten
Puntentelling beginnersklasse
Zoals je hierboven ziet staat elke oefening op 30 punten. Ook de algemene houding van je hond doorheen de volledige wedstrijd staat op punten, namelijk 40. Op het einde krijg je dan een totaalscore op 280 punten.
Voor elke fout of niet uitgevoerde oefening worden er verliespunten aangerekend.
Om vanuit de beginnersklasse door te groeien naar de gevorderden, moet je minstens 5 x 265/280 scoren.
Voor elke fout of niet uitgevoerde oefening worden er verliespunten aangerekend.
Om vanuit de beginnersklasse door te groeien naar de gevorderden, moet je minstens 5 x 265/280 scoren.